Architectuur voor Dummies: Over smaak valt te twisten

Met de tweejaarlijkse Rietveldprijs wil de Stichting Rietveldprijs de openbare discussie over de kwaliteit van de gebouwde omgeving in Utrecht stimuleren. Onlangs is de shortlist van acht gebouwen welke kans maken op de Rietveldprijs 2015 bekend gemaakt. Deze genomineerden maken ook kans op de RTV Utrecht publieksprijs. RTV Utrecht zendt de komende weken portretten van deze ontwerpen uit, en de gebouwen zijn op de Dag van de Architectuur (zaterdag 20 juni) door het publiek te bezoeken.

De nominaties zijn (zie ook www.rietveldprijs.nl):

– Park Pergola Máximapark (West 8)
– P+R De Uithof (KCAP en Studio SK)
– Anne Frankschool (Mecanoo)
– Uitbreiding IKEA (Knevel Architecten)
– Kop van Lombok (Marlies Rohmer)
– Woonwinkelpand Steenweg (Dreessen Willemse Architecten)
– Tivoli Vredenburg (Studio HH, Jo Coenen & Co Architects, Architectuurcentrale Thijs Asselbergs, NL Architects)
– Stadskantoor Utrecht (Kraaijvanger)

Om deze ontwerpen goed met elkaar te vergelijken, is alleen kijken of je een gebouw mooi of lelijk vindt natuurlijk niet voldoende. Omdat we ervan uitgaan dat het merendeel van onze lezers geen ontwerper is, willen we jullie graag een aantal handvatten bieden die kunnen helpen om een keuze te maken. Hoe moet je nou kijken naar deze gebouwen, en op welke punten kan je ze met elkaar vergelijken? Een kleine cursus ‘Architectuur kijken voor Dummies’ dus. De volgende aspecten spelen hierbij een rol.

Programma
Wat is de functie die in het gebouw is ondergebracht? Wat is het doel van het gebouw? Je kunt je voorstellen dat het ontwerpen van een concertgebouw met meerdere zalen veel complexer is dan een meubelhal. Wat is de grootte van het programma? Is het een volledig openbaar programma, voor een specifieke doelgroep of voor een particulier? Probeer het verschil in complexiteit van het programma mee te nemen in je beoordeling, en vooral hoe er door de architect mee is omgegaan.

Context
De stedenbouwkundige situatie, de historie van de plek. De ene locatie is natuurlijk de andere niet. Past het gebouw in de omgeving? Of juist niet? En was dat dan de bedoeling? En als het gebouw op een historisch belangrijke plek staat, hoe is daar dan mee omgegaan? Is er sprake van nieuwbouw of verbouw? Kortom: Beoordeel de relatie die het gebouw aangaat met zijn omgeving. Vind je dit belangrijk of niet?

Het architectonische concept
Een goed ontwerp begint met een goed idee. En als het even kan een origineel idee. Is dat het geval? En is dat idee dan helder tot uitdrukking gekomen in de verdere uitwerking van het ontwerp? Of is het ontwerp vooral een oplossing van een probleem? En een oplossing is weer iets anders is dan een idee. Is het ontwerp origineel of heb je dit al eens eerder gezien? Heeft de architect zijn best gedaan ‘iets eigens’ neer te zetten? Hoe belangrijk vind je originaliteit eigenlijk?

Materiaalgebruik, bouwtechniek en detaillering
De technische kundigheid van de ontwerper (en de uitvoerder) is ook een belangrijk aspect. De originaliteit van materiaalkeuzes en inventieve technische oplossingen. Of is er juist gekozen voor traditionele bouwmethoden? Is het concept tot in de details doorgevoerd? Hierbij gaat het dus om het vakmanschap van de ontwerper, moet dat niet minstens zo belangrijk zijn als het hebben van een origineel idee? Als je dat vindt zou je dit als criterium kunnen hanteren bij je beoordeling.

Milieu, Duurzaamheid 
Ja, het grote modewoord: duurzaamheid. Je komt er niet onderuit. En terecht natuurlijk. De kunst van de architect, of eigenlijk de plicht, is om innovaties op het gebied van energiebesparing, isolerende materialen, energieopwekking, klimaatbeheersing, etc. goed op te nemen in het ontwerp. In hoeverre is dat hier gedaan?

Bouwbudget
Hoe je het ook wendt of keert; het bouwbudget heeft grote invloed op de uiteindelijke uitwerking van het ontwerp. Vaak is het budget in belangrijke mate sturend in de keuzes die gemaakt moeten worden. Wat overigens helemaal niet wil zeggen dat een krap budget ook armoedige architectuur oplevert. Integendeel. Vaak kunnen beperkingen in het budget leiden tot inventieve architectonische concepten en oplossingen. Het is een kunst op zich om hier goed mee om te kunnen gaan, waardoor het ook een rol mag spelen bij de beoordeling.

Met deze handvatten naar de genomineerden kijkend, valt als eerste op dat dat deze gebouwen heel verschillend van aard zijn, en daarmee eigenlijk niet te vergelijken. TivoliVredenburg en het Stadskantoor zijn bijvoorbeeld erg grote gebouwen op heel prominente plekken in de stad. Alleen daardoor al onderwerp van maatschappelijke discussie, met sterke meningen voor en tegen. Met name TivoliVredenburg is een ongelooflijk complex gebouw om te ontwerpen en te bouwen. Veel gehoorde kritiek gaat over de grootte op die plek in de stad. Moet je dat meenemen in de beoordeling? (context)

Het woonwinkelpand Steenweg en de Kop van Lombok zijn zorgvuldig uitgewerkte gebouwen met aandacht voor detail. De Kop van Lombok lijkt zich echter niets aan te trekken van de context, terwijl het gebouw in de Steenweg zich juist erg naar de omgeving voegt. Bij de Steenweg was dit ook onderdeel van de opgave: de gemeente eiste een ‘nieuw monument’. (materiaalgebruik, bouwtechniek en detaillering)

P&R De Uithof en de uitbreiding van de IKEA kunnen we zien als meer utilitaire gebouwen: functionaliteit voorop. De parkeergarage is voor een parkeergarage echt heel mooi, maar is een parkeergarage wel geschikt om zo’n prijs te winnen? Het meest bijzondere aan de IKEA lijkt het voetbalveld op het dak. Leuk, maar bij de basketbar op de Uithof was het nog origineel. In dit geval is het vooral de oplossing van een probleem: het bestaande voetbalveld moest blijven. (originaliteit en verschijningsvorm, programma)

Buitenbeentjes zijn de Park Pergola en de Anne Frankschool. De Pergola is ook weer een mooi uitgevoerd project, maar is het geschikt voor een architectuurprijsvraag? Programma en een echte context zijn er haast niet. De Anne Frankschool is vooral bijzonder door de bouw met houten elementen en de hoge duurzaamheidsambities. In 2012 heeft de Anne Frankschool hiervoor de Milieuprijs Utrecht gewonnen. (milieu, duurzaamheid)

Welke van deze criteria belangrijk zijn bepaalt iedereen uiteindelijk zelf. Onze tip: kijk binnenkort naar de verschillende profielen op RTV Utrecht en ga langs op de Dag van de Architectuur. Vorm daarmee je eigen oordeel. Hopelijk bieden onze handvatten enig houvast om dat oordeel dan ook gefundeerd te maken. Maar het belangrijkste: geef je mening en doe mee aan het publiek debat!

Om de discussie aan te zwengelen geven wij hierbij dan ook nog onze eigen mening.

Wouter
Juist omdat de gebouwen zo moeilijk te vergelijken zijn, ben ik gegaan voor kwaliteiten waar ik zelf als architect ook altijd naar streef: een sterk concept, goede detaillering en fijnzinnige architectuur. Het concept achter TivoliVredenburg spreekt mij erg aan, het is het type opdracht waar je als architect tijdens je studie al van droomt. Persoonlijk vind ik het gebouw echter veel te groot (vooral vanuit Wijk C gezien, waar ik zelf een tijd heb gewoond) maar belangrijker: het is in mijn ogen teveel een concept gebleven, waarbij bijvoorbeeld de detaillering op sommige plekken erg grof is gebleven. Een goed concept alleen is niet voldoende…Vandaar dat mijn keuze valt op het woonwinkelpand Steenweg. Hoewel het gebouw naar mijn smaak te historiserend is, heb ik grote waardering voor de fijnzinnige detaillering en hoe is omgegaan met de opgave. Er werd immers een nieuw monument gevraagd, en dat is het geworden. Binnen de contouren van de oorspronkelijke bebouwing en een klassieke ordening is het gebouw in detail juist modern. Fijnzinnigheid, goede materiaalkeuze en bovenal vakmanschap. Chapeau!

Albert
Ik ga het nog een keer zeggen; de gebouwen zijn in alle aspecten te verschillend om ze echt objectief met elkaar te kunnen vergelijken. Toch is er wat mij betreft één gebouw dat er met kop en schouder bovenuit steekt. Bijna letterlijk. TivoliVredenburg. Ik vind het, qua uiterlijke verschijningsvorm, eerlijk gezegd geen echt ‘mooi’ gebouw. Met name aan de zuidzijde van TivoliVredenburg doen de grove kleuren en vormen mij zeer aan de ogen. De ‘drie op een rij’ gevel ziet er eerlijk gezegd nu al gedateerd uit. Sommige andere inzendingen scoren qua esthetiek hoger. Bijvoorbeeld de parkeergarage op de Uithof is een prachtige sculptuur. Vooral als je er ‘s nachts langsrijdt zie je de mooie lichtlijnen. Het architectonische concept van TivoliVredenburg is daarentegen erg goed en dit is in het interieur erg mooi en spannend vormgegeven. Iedere zaal heeft een eigen identiteit en is een beleving op zich. De oude zaal is met veel respect in het nieuwe complex opgenomen. Je kunt heerlijk dwalen in de vele foyers van het grote gebouw, zonder te vérdwalen. Dat komt omdat je altijd weer even contact hebt met de buitenwereld, het uitzicht over de stad Utrecht.
Niets ten nadele van de andere inzendingen maar TivoliVredenburg is zonder twijfel de meest complexe ontwerp- en bouwopgave van alle genomineerde gebouwen. En de architecten en bouwers zijn erin geslaagd dit in goede banen te leiden. En nou niet meteen weer als een stuurman aan wal gaan mekkeren over dat geluidslek. Kan gebeuren. Komt goed. Het moet voor alle partijen ongelooflijk lastig zijn geweest om zo’n moeilijk programma in zo’n moeilijk gebouw op zo’n moeilijke locatie met zo’n moeilijke politieke achtergrond te kunnen realiseren. Dit is topsport en daarom verdienen ze wat mij betreft de prijs. De architecten zijn er in geslaagd Utrecht weer op de kaart te zetten met een hele waardige opvolger van het Tivoli Oudegracht en het Muziekcentrum Vredenburg. En ja, het is groot. So what?

Albert Turk (Noordzeearchitecten) en Wouter van Riet Paap (De ONtwerpdivisie)

Geschreven voor DeStadUtrecht